Daar stond ik dan in de woonkamer met mijn tennis tas ingepakt, klaar voor de weken die komen gingen. Aan het materiaal zou het niet liggen en ook fysiek was ik er klaar voor want fit ben ik wel, maar mentaal.. Ohh was ik er ook mentaal klaar voor om weer die baan op te stappen na zolang geen racket aangeraakt te hebben? Toch ging ik dit jaar weer tennis competitie spelen.. lees je mee wat ik hier van heb geleerd?
Hoe het met tennis begon
In mijn voorstel blog vertelde ik jullie al dat ik vroeger veel heb getennist. Als klein meisje werd ik aangestoken met het tennis virus door mijn moeder. Zij tenniste op hoog niveau en nam mij vaak mee naar de tennisbaan. Toen ik oud genoeg was ging ik op tennisles, met mijn tennisracketje op mijn rug, een paar ballen, een drink flesje en toen nog een prachtige bril ging ik naar de club. Ik vond het leuk, werd ouder, ging vaker trainen en werd beter en beter. Ik mocht voor spelen voor de Drentse tennis selectie maar mocht niet door want… ja ja.. ik was te dik.. Hoezo, je krijgt meteen een minderwaardigheid complex? Ah fijn… ik kon er toen niet mee zitten, dan ging ik toch wat meer paardrijden?
Hard work pays off
Ondanks dat ik niet goed genoeg was voor de selectie geloofde onze nieuwe clubtrainer in mij. Ik begon met privé training 1 keer in de week. Dit werd later uitgebreid naar meerdere keren per week trainen op de club en uiteindelijk bij zijn tennisschool. Op mijn 14e trainde ik bijna elke dag. Paardrijden had ik opgezegd en ik ging helemaal voor tennis. Voor schooltijd, na schooltijd, in het weekend speelde ik competitie en in de vakantie speelde ik toernooien. Uiteindelijk heb ik niet heel erg hoog gestaan, 12e van Nederland in de dubbel en 50 in de enkel, want ook al was ik een mega harde werker, ik had niet het talent zoals een Nadal, Williams of Federer heeft. (misschien ken je deze mensen niet als je geen fanatieke tennisser bent, maar dat zijn de toppers van nu :)). Maar, hard work pays off…
Op naar Amerika!
Nadat ik mijn vwo diploma had gehaald vertrok ik naar Amerika met een tennis beurs. Hier trainde ik meer dan 20 uur per week en volgde een Accountancy opleiding die werd betaald door de school waar ik voor speelde. 3 jaar lang heb ik dag in dag uit geleefd voor het tennis en ik genoot met volle teugen. Tot ik in mijn 4e jaar geblesseerd raakte; mijn lichaam was er klaar mee en trok al het tennissen niet meer. Het begon met mijn onderrug, maar, in Amerika doen ze niet moeilijk, even een spuit erin en ik moest weer verder. Daarna kreeg ik een scheurtje in mijn voet, waardoor ik niet kon spelen, maar toch moest spelen met een ingetapte voet met tranen in mijn ogen. Nadat dit over was begon mijn rug weer, want tja.. die spuiten werken ook maar voor even…. Het was een drama en ik verafschuwde het tennissen.
Ik was er klaar mee, tot dat…
Je snapt vast, na dit laatste jaar was ik helemaal klaar met tennis. Ik gooide mijn rackets achterin de kast en ging fitnessen, kickboxen en feesten.. zolang het maar geen tennis was. Heel af en toe speelde ik een keer met wat collega’s mee, speelde hier en daar een toernooitje, miste het spelletje af en toe, maar wou niet weer beginnen met tennissen.
Tot dat ene whatsappje van mijn beste vriendinnetje….
Eef, we hebben nog een dame nodig voor ons team, wil jij dit jaar geen voorjaarscompetitie spelen?
Weer competitie spelen, en dan met mijn beste vriendin? Op de een of andere manier hoefde ik er niet lang over na te denken en heb lekker impulsief ‘Ja Leuk!’ terug geappt. Een maand later had ik hier spijt van. Toen stond ik weer voor het eerst op de baan, en wat kwam ik mijzelf hier tegen… bang voor de competitie die komen ging.
Wat ik daarvan heb geleerd
Het is inmiddels Juli, ik lig hier in de zon in het Amsterdamse bos, de competitie zit erop en achteraf ben ik blij dat ik ja heb gezegd want hoe je het wend of keert, ik heb wel een aantal dingen geleerd doordat ik toch weer ben gaan tennissen;
1. Tennis is en blijft geweldig
Voor iedereen die nog nooit heeft getennist; het is echt een geweldige sport. Een wedstrijd kan zo lang duren als 40 minuten tot wel 3 uur, er is geen tijdcomponent zoals bijvoorbeeld bij voetbal. Het doel is simpel; een punt scoren door de bal 1x vaker over het net en binnen de lijnen te spelen dan je tegenstander. Ondanks dat het doel hetzelfde blijft is elk punt anders, elke speler waar je tegen speelt zorg ervoor dat het een andere wedstrijd wordt waarbij je andere tactieken moet toepassen. Tennis is niet alleen maar techniek en talent, er komt ook een groot deel mentale kracht bij kijken en slim spelen. Nadat ik mijn eerste singel in de competitie had gespeeld, die ik overigens dik had verloren (wat wil je, ik had amper getraind), begreep ik weer waarom ik al die trainingsuren, wedstrijden en competitie dagen vroeger zo geweldig vond; het tennisspel blijft gewoon prachtig…. Verliezen blijft trouwens nog steeds minder leuk.. maar ik wil ook niet verliezen met een potje pesten, twister of ander soort spel dus wellicht ben ik gewoon te fanatiek.
2. Als je dingen niet oefent zal je nooit je niveau behouden
Na die eerste singel had ik ook meteen door dat het nooit (maar dan ook echt nooit) meer zo als vroeger zou worden. Vroeger trainde ik 20 uur in de week, nu was het veel als ik 1 uur per week trainde… Tevens was ik vroeger natuurlijk een aantal jaartjes jonger want hey, ik tik ook al bijna de 30 aan. Het klinkt allemaal heel logisch, en dat is het ook, maar het feit dat je nooit meer zo goed zult zijn als je vroeger was is soms best wel lastig te accepteren als je op zo’n baan staat te zwoegen en die backhand langs de lijn weer uit gaat, terwijl het vroeger eigenlijk 9 van de 10 keer een winner was. Toch ging het tennissen iedere competitie dag beter, kon ik beter accepteren dat mijn eigen niveau wat was gedaald en begon ik meer te genieten van het spelletje waar ik lange tijd zo’n hekel aan had gehad.
3. Maar.. Tennis is net als fietsen, je verleert het niet
Ondanks dat het niveau minder was is tennis net zo als zwemmen en fietsen.. tennis is iets wat je niet verleert. Ook al gingen mijn singels in de competitie misschien niet zo goed (lees: ik heb geen enkele gewonnen) de dubbels daar en tegen gingen geweldig! Vroeger was ik altijd al beter in het dubbelen (waarbij je 2 tegen 2 speelt). Ik hield ervan om aan het net te springen en te volleren en te smashen, en ik was er ook nog wel redelijk goed in ook. Dit kwam terug tijdens de competitie waarbij ik als een fanatieke spring in het veld aan het net stond te springen. Zo zie je maar weer, het spreekwoord ‘jong geleerd is oud gedaan’ is echt geen fabel! Zelfs mijn teamgenootjes waren af en toe redelijk impressed van mijn dubbel kwaliteiten, wat mij natuurlijk goed deed want wie houdt er nou niet van complimentjes!
4. Ik ben toch meer een buddy person dan ik dacht
Ik dacht altijd dat ik best wel een eenling was, als het enige kind in huis moest ik mijzelf ook vaak genoeg alleen vermaken. Op school ergerde ik mij altijd mega tijdens de teamsporten zoals volleybal waarbij er dan teamleden waren die hun best niet deden of bang waren voor de bal, dan draaide ik met mijn ogen en was totaal gefrustreerd. Daardoor werkte tennis misschien ook wel zo goed voor mij, het was ‘just me and the ball’. Toch weet ik na de competitie zeker dat ik dubbelen veel leuker vind, samen met iemand het geluk delen van een goeie bal, geeft mij meer geluk dan dat ik zelf, alleen, op de baan sta. Dit heb ik niet alleen opgemerkt met de tenniscompetitie, maar ook met crossfit, 13 juli sta ik samen met mijn beste vriendinnetje (ja diezelfde die ook tennist, ze is van alle markten thuis!) op de beach throwdown. Dit is een crossfit wedstrijd voor buddies (teams van 2) op het strand van Scheveningen. De buddy workouts zijn zoveel leuker! Want wat is er nou beter dan samen doodgaan tijdens een crossfit workout? Wellicht dat ik niet een kuddedier ben, maar toch wel meer een buddy person dan ik dacht.
5. Ik kan tennis niet loslaten
Ondanks alles wat ik met tennis heb meegemaakt en de kapotte rug die ik er aan heb overgehouden, tennis heeft me grotendeels gemaakt wie ik ben. Het heeft mij naar mijn grootste avontuur tot nu toe geleid; 6 jaar lang in Amerika wonen, tennissen en studeren. De sport blijft mij toch stiekem een beetje achtervolgen. Ik heb dit jaar geleerd om te accepteren dat ik niet meer zo goed zal zijn als vroeger en door deze acceptatie ben ik weer van tennis gaan houden. Niet dat ik nu elke dag op de tennisbaan zal staan of meteen 5 toernooien mee zal doen, maar ik zal tennis nooit loslaten… toch mooi he? Wat zo’n spontane tenniscompetitie je kan leren over jezelf :).
Liefs,
Evelien
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!